Ch 07.03 - Raljini, Tanden van de Sneeuwstorm

 De Coole Gasten bereiden zich voor om, op basis van Rolen's instructies, de bergen in te trekken en uit te vinden wat er voor de sneeuw zorgt. Rolen controleert of iedereen wel een goede, dikke mantel bij heeft, maar Storm en Elf hebben die niet. Gelukkig weet Rolen in het dorp nog een kleermaker te vinden die de avonturiers verder kan helpen. Elf neust  even tussen de kindermaten en vindt een goed gewatteerde donkergrijze mantel. Storm echter twijfelt sterk tussen een schitterende rode mantel afgezet met gouden biezen, en een donkerbruine mantel zonder versieringen. Eigenlijk past de rode mantel beter bij iemand die met zoveel gewicht en status de zaken van Bahamut behartigt, maar misschien is er ook iets te zeggen voor onopvallendheid op z'n tijd. Daarbij ziet het er naar uit dat de bruine mantel de elementen beter zou weerstaan. Uiteindelijk besluit Storm om beide mantels te kopen, en de rode - ceremoniële - mantel in z'n rugzak te stoppen.

Rolen begeleidt de Coole Gasten naar de rand van het dorp en drukt daar iedereen nog een Healing Potion in de handen. "Het kan spoken in die bergtoppen, en hulp is ver weg." De Coole Gasten nemen afscheid van Rolen en trekken de bergen in. Nu de vreemde kaart van de Kobolds is aangevuld met de instructies van Rolen, is het een koud kunstje om het bergspoor te vinden en te volgen. Halverwege de middag komen de Coole Gasten na een stevige maar saaie wandeling aan bij de top van de berg. Het pad loopt plotseling veel steiler op om uit te komen op een plateau. Aan de andere kant van dit plateau verrijst de absolute piek van de bergtop. Om het laatste stuk van het steile klimmetje te faciliteren, is er een trappetje uitgehakt in het graniet va de berg.

Waar het pad op het plateau uitkomt, ziet Storm een houten balk liggen aan de top van het trappetje. Het valt hem op dat dit stuk hout niet op z'n plek is in zo'n stenen omgeving en wil de balk aan de kant leggen. Terwijl hij nog op de bovenste treden van het trappetje staat, sleurt hij de balk aan de kant. Er blijkt een mechanisme aan de balk te zitten dat afgaat, en vlak boven Storm's hoofd zwaait een boomstam langs! Als Storm op de balk had gestaan, was hij zeker door die boomstam naar beneden geslagen! Het plateau is waarschijnlijk een oude krater van een al lang inactieve vulkaan en ligt ets verzonken achter een natuurlijke rand. Aan de kant tegenover het pad verrijst de top van de berg, zo'n vijftig meter boven dit plateau. Aan de voet van die laatste piek zit een grote grotingang. Bovenaan de piek zit eveneens een opening, met daarvoor een stenen lip, maar er leidt geen pad langs de schier verticale rotswanden naar boven. In de kom van het plateau, tussen de Coole Gasten en de grotingang, liggen vier houten hutten. In de grootste ervan brandt licht, de andere drie zijn donker.

Als Elf en Storm naar het langhuis sluipen om te kijken wie daar is, gaat de deur open en een kobold stapt naar buiten. Hij kan nog net zeggen "Volgens mij hoorde ik de val afgaan, Klurk" voordat Elfs dolk in z'n keel zinkt. Het gegorgel brengt nog drie kobolds naar buiten en wat er daarna gebeurde een 'strijd' te noemen is wellicht wat sterk gesteld. De Coole Gasten werpen een blik in het langhuis, en Storm ziet een spandoek hangen met de opdruk 'WELKOM THUIS, Verkenners! We heten onze nieuwe meester, Ralinji, welkom in ons dorp!' Klurk blijkt een boek bij zich te hebben waarin hij de geschiedsvertelling van de stam bijhield. Storm bladert naar de laatste aantekeningen en leest voor:

"Shailin is vertrokken... Ze zei dat ze de roep van Tiamat voelde, maar nou zitten wij hier zonder leider en beschermer! We waren ten einde raad tot Klurk een briljant idee had! Om een nieuwe draak op ons nest te krijgen, hebben we een paar verkenners uitgestuurd, met een voorproefje in hun rugzakken van de rijkdommen die een nieuwe draak hier kan verwachten. Gelukkig heeft Shailin alle schatten hier achtergelaten in haar haast om te vertrekken."

"Tiamat zij geprezen, we hebben een nieuwe heerser! Ralinji, de Tanden van de Sneeuwstorm! Een van onze verkenners trof hem in het noorden en overtuigde hem van de rijkdommen die we hier hebben. We hebben renners gestuurd om alle andere verkenners terug te roepen."

Al dit gepraat over Kobolds en draken op een bergtop pal naast haar geboortedorp komt voor Lia iets te dicht bij huis en samen met Elfs hulp steekt ze alle vier de hutten in de hens. Storm ervaart enige wroeging bij het vernielen van andermans huizen, maar moet toch ook inzien dat dit dienaren zijn van Tiamat, Bahamuts aartsrivaal.

Na deze daad trekken de coole Gasten de ijskoude grot in, op weg naar de top van de berg. In de grot heeft zich op de vloer een behoorlijke ijslaag verspreid en de weg naar voren is verraderlijk. Op het steilste stuk moeten de Coole Gasten tegen een helling op klimmen waar ijzige punten uit de vloer oprijzen en aan het plafond hangen. Elf klimt zo naar boven, Lia heeft wat meer moeite en Storm glijdt op een gegeven moment zelfs helemaal naar beneden. Op dat moment vallen er twee stalactieten naar beneden; eentje raakt Elf en de andere mist Storm op een haar na. Het blijkt dat het geen ijspegels zijn, maar Ice Mephits! Storm wil zijn belager terugslaan, maar vindt geen houvast op de ijzige wand en glijdt nog verder af. Elf heeft beduidend minder last van het terrein, maar zijn ijsdolk doet toch minder schade dan gewenst. Lia is allang blij dat zij niet belaagd wordt en vuurt Magic Missiles in het rond. Elf loopt schrammen op in gevecht met zijn Mephit, maar verkoopt ook een rake klap terug. De Mephit is even afgeleid als Lia dichterbij komt, en dat is alles dat Elf nodig heeft om toe te slaan. Over het hele lichaam van de Mephit verschijnen scheuren en breuken - en hij spat uit elkaar! Even later beukt Storm ook zijn Mephit omver, en ook Storm duikt aan de kant voor de langsvliegende stukken Mephit.

De helling eenmaal bedwongen, loopt het pad door naar een grote, hoge grot. Aan de verre kant zien de Coole Gasten de tweede opening in de piek, met de stenen lip. Langs de wanden liggen dikke ijsschotsen met daarin veel kostbaarheden ingevroren - en een hele koe? - en het plafond hangt vol met ijzige pegels. Net als Storm en Lia denken dat Raljini niet thuis is, ziet Elf hem verstopt tussen de pegels aan het plafond hangen. Elf vuurt een Fire Bolt af en Raljini wordt vol op z'n snuit geraakt. Enigszins verschrikt laat hij zich op de grond vallen, spert zijn bek open en wasemt zijn koude adem uit over de Coole Gasten. Lia heeft er bijna geen last van, maar Elf des temeer, en Storm valt meteen bevroren op de grond. Raljini springt achteruit en laat een dikke ijswand uit de grond omhoog springen - hij wil na de eerste slag te hebben uitgedeeld eerst maar eens zien wat er nog beweegt. Elf schiet met Fire Bolt een gat door de muur, en dat geeft Lia genoeg ruimte om een Fireball op de draak af te vuren. Die spreuk doet flinke schade aan Raljini, en hij vliegt kwaad weer naar de groep toe. Elf dient een geneeskrachtige drank toe aan Storm als Raljini hem tussen zijn kaken klemt -nu zakt Elf in elkaar. Met zijn klauwen probeert Raljini om bij Lia te komen, maar die ontwijkt de eerste en lijkt weinig last te hebben van de tweede. Ze lost een tweede Fireball, net zo geplaatst dat Raljini er wel last van heeft en de Coole Gasten niet, en weer incasseert Raljini een fikse klap. Hij stampt op de grond en de ijswand valt uit elkaar, direct gevolgd door drie ijspegels van het plafond. 

Nu is Lia niet op tijd weg om de klap te ontwijken en zakt in elkaar. Ook Elf, die al bewusteloos was, loopt een flinke klap op. Storm besluit om met zijn helende handoplegging eerst Lia weer op de been te krijgen. Lia lost direct een derde Fireball op Raljini, die hier inmiddels aardige sporen van begint te vertonen. Ook Elf krijgt een dosis magische heling toegediend, als Raljini opnieuw dichterbij komt en het gevecht opzoekt. Deze keer zijn z'n aanvallen minder trefzeker, mede dankzij goed defensief werk van Storm. Storm deelt een rake klap uit en zelfs de dolken van Elf vinden doel, voordat Raljini weer zijn muil opentrekt en zijn koude adem over de Coole Gasten laat neerdalen. Zowel Elf als Lia gaan naar de grond, en het is Storm - die miraculeus wel op de been blijft - inmiddels wel genoeg geweest. Met een enorme slag van zijn hamer, waar ieder greintje Smite in zat dat Bahamut in zijn dienaar heeft gelegd, velt Storm de draak Raljini, Tanden van de Sneeuwstorm.

Snel giet Storm helingsdrankjes in de kelen van Lia en Elf. Als die het licht weer in de ogen hebben, wordt de grot nader onderzocht. De Coole Gasten vinden een klein fortuin aan goudstukken en edelstenen, en een aantal kunstvoorwerpen. Ook vindt Lia nog een toverspreuk en een sterke helingsdrank. Hierna verlaten de Coole Gasten de grot zo snel en zo stil mogelijk. Ze sluipen de berg af, in de hoop om niet toevallig tegen een terugkerend team van Verkenners aan te lopen. Iets na middernacht komen de Coole Gasten zonder verdere incidenten weer aan in Eras Mans en zakken meer dood dan levend in een diepe slaap in hun bedden in de taveerne.